Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Algemene Kinderbijslagwet

 

Artikel 24c
1
In afwijking van artikel 24, eerste lid, kan de Sociale verzekeringsbank, op verzoek van de verzekerde, dan wel degene met wie hij een huishouding vormt, of de persoon aan wie op grond van de artikelen 7c of 21 kinderbijslag wordt betaald, besluiten gedeeltelijk van terugvordering of gedeeltelijk van verdere terugvordering af te zien bij medewerking aan een schuldregeling, indien:
a
redelijkerwijs te voorzien is dat verzekerde, dan wel degene met wie hij een huishouding vormt, of de persoon aan wie op grond van de artikelen 7c of 21 kinderbijslag wordt betaald niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden of indien hij in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen;
b
redelijkerwijs te voorzien is dat een schuldregeling met betrekking tot alle vorderingen, behoudens de in het tweede lid bedoelde vorderingen, van de overige schuldeisers zonder een zodanig besluit niet tot stand zal komen;
c
de vordering van de Sociale verzekeringsbank wegens onverschuldigde betaling ten minste zal worden voldaan naar evenredigheid met de vorderingen van de schuldeisers van gelijke rang;
d
een naar het oordeel van de Sociale verzekeringsbank betrouwbare schuldregeling tot stand is gekomen door tussenkomst van een schuldhulpverlener als bedoeld in artikel 48 van de Wet op het consumentenkrediet;
e
aannemelijk is dat medewerking aan een schuldregeling niet concurrentieverstorend werkt; en
f
uitdeling in het kader van de schuldregeling plaatsvindt overeenkomstig artikel 349 van de Faillissementswet.
2
Het eerste lid is niet van toepassing indien een vordering is ontstaan door het niet nakomen door de verzekerde, dan wel degene met wie hij een huishouding vormt, of de persoon aan wie op grond van artikel 21 kinderbijslag wordt betaald, van de verplichting, bedoeld in artikel 15, en hiervoor een boete als bedoeld in artikel 17a is opgelegd, dan wel met betrekking tot het niet naleven van die verplichting aangifte is gedaan op grond van het Wetboek van Strafrecht.
3
Het besluit tot het afzien van terugvordering of van verdere terugvordering wordt ingetrokken of ten nadele van de verzekerde, dan wel degene met wie hij een huishouding vormt, of de persoon aan wie op grond van de artikelen 7c of 21 kinderbijslag wordt betaald gewijzigd indien:
a
niet binnen twaalf maanden nadat dat besluit is bekendgemaakt, een schuldregeling tot stand is gekomen die voldoet aan de eisen, bedoeld in het eerste lid;
b
de verzekerde, dan wel degene met wie hij een huishouding vormt, of de persoon aan wie op grond van artikel 21 kinderbijslag wordt betaald zijn schuld aan de Sociale verzekeringsbank niet overeenkomstig de schuldregeling voldoet; of
c
onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een ander besluit zou hebben geleid.
4
Bij ministeriƫle regeling kunnen met betrekking tot dit artikel nadere regels worden gesteld ten aanzien van de bevoegdheid om mee te werken aan schuldregelingen.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • LJN AX1253, Hoger beroep, 03/6397 AKW
    Rechtsoort
    Sociale zekerheid
    Datum uitspraak
    21-04-2006
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Hoger beroep
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Centrale Raad van Beroep
    Terugvordering kinderbijslag. Tot huishouding behoren. Detentie.
  • LJN AA4972, Eerste aanleg - enkelvoudig, 98/643 AKW Z KAC
    Rechtsoort
    Sociale zekerheid
    Datum uitspraak
    14-09-1999
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - enkelvoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Maastricht
    ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE MAASTRICHT enkelvoudige kamer voor bestuursrechtelijke zaken UITSPRAAK Reg.nrs: 1. 98/643 AKW Z KAC Inzake : [eiseres], eiseres, tegen : Sociale Verzekeringsbank -District Maastricht-, gevestigd te Eindhoven, verweerder. Datum van de bestreden besluiten: 1. 1 april 1998 2...
  • LJN AF4654, Hoger beroep, 00/874 AKW
    Rechtsoort
    Sociale zekerheid
    Datum uitspraak
    17-01-2003
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Hoger beroep
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Centrale Raad van Beroep
    00/874 AKW U I T S P R A A K in het geding tussen: [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, en de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank, gedaagde. I. ONTSTAAN EN LOOP VAN HET GEDING Met ingang van 1 januari 2003 zijn de artikelen 3, 4 en 5 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie...
  •